2 Koningen 23:4

SVEn de koning gebood den hogepriester Hilkia, en den priesteren der tweede ordening, en den dorpelbewaarders, dat zij uit den tempel des HEEREN alle gereedschap, dat voor Baal, en voor het [beeld van het] bos, en voor al het heir des hemels gemaakt was, uitbrengen zouden; en hij verbrandde dat buiten Jeruzalem in de velden van Kidron, en liet het stof daarvan naar Beth-el dragen.
WLCוַיְצַ֣ו הַמֶּ֡לֶךְ אֶת־חִלְקִיָּהוּ֩ הַכֹּהֵ֨ן הַגָּדֹ֜ול וְאֶת־כֹּהֲנֵ֣י הַמִּשְׁנֶה֮ וְאֶת־שֹׁמְרֵ֣י הַסַּף֒ לְהֹוצִיא֙ מֵהֵיכַ֣ל יְהוָ֔ה אֵ֣ת כָּל־הַכֵּלִ֗ים הָֽעֲשׂוּיִם֙ לַבַּ֣עַל וְלָֽאֲשֵׁרָ֔ה וּלְכֹ֖ל צְבָ֣א הַשָּׁמָ֑יִם וַֽיִּשְׂרְפֵ֞ם מִח֤וּץ לִירוּשָׁלִַ֙ם֙ בְּשַׁדְמֹ֣ות קִדְרֹ֔ון וְנָשָׂ֥א אֶת־עֲפָרָ֖ם בֵּֽית־אֵֽל׃
Trans.wayəṣaw hammeleḵə ’eṯ-ḥiləqîyâû hakōhēn hagāḏwōl wə’eṯ-kōhănê hammišəneh wə’eṯ-šōmərê hassaf ləhwōṣî’ mēhêḵal JHWH ’ēṯ kāl-hakēlîm hā‘ăśûyim laba‘al wəlā’ăšērâ ûləḵōl ṣəḇā’ haššāmāyim wayyiśərəfēm miḥûṣ lîrûšālaim bəšaḏəmwōṯ qiḏərwōn wənāśā’ ’eṯ-‘ăfārām bêṯ-’ēl:

Algemeen

Zie ook: Asherah, Baal, Beth-El, Drempel, dorpel, Hilkia (hogepriester), Hogepriester, Jeruzalem, Kidron, Stad, dorp, Stergoden, Tempel (1ste)

Aantekeningen

En de koning gebood den hogepriester Hilkia, en den priesteren der tweede ordening, en den dorpelbewaarders, dat zij uit den tempel des HEEREN alle gereedschap, dat voor Baal, en voor het [beeld van het] bos, en voor al het heir des hemels gemaakt was, uitbrengen zouden; en hij verbrandde dat buiten Jeruzalem in de velden van Kidron, en liet het stof daarvan naar Beth-el dragen.


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

וַ

-

יְצַ֣ו

gebood

הַ

-

מֶּ֡לֶךְ

En de koning

אֶת־

-

חִלְקִיָּהוּ֩

Hilkía

הַ

-

כֹּהֵ֨ן

-

הַ

-

גָּד֜וֹל

den hogepriester

וְ

-

אֶת־

-

כֹּהֲנֵ֣י

en den priesteren

הַ

-

מִּשְׁנֶה֮

der tweede ordening

וְ

-

אֶת־

-

שֹׁמְרֵ֣י

en den dorpelbewaarders

הַ

-

סַּף֒

-

לְ

-

הוֹצִיא֙

uitbrengen zouden

מֵ

-

הֵיכַ֣ל

den tempel

יְהוָ֔ה

des HEEREN

אֵ֣ת

-

כָּל־

alle

הַ

-

כֵּלִ֗ים

gereedschap

הָֽ

-

עֲשׂוּיִם֙

gemaakt was

לַ

-

בַּ֣עַל

dat voor Baäl

וְ

-

לָֽ

-

אֲשֵׁרָ֔ה

en voor het bos

וּ

-

לְ

-

כֹ֖ל

en voor al

צְבָ֣א

het heir

הַ

-

שָּׁמָ֑יִם

des hemels

וַֽ

-

יִּשְׂרְפֵ֞ם

en hij verbrandde

מִ

-

ח֤וּץ

-

לִ

-

ירוּשָׁלִַ֙ם֙

Jeruzalem

בְּ

-

שַׁדְמ֣וֹת

in de velden

קִדְר֔וֹן

van Kidron

וְ

-

נָשָׂ֥א

dragen

אֶת־

-

עֲפָרָ֖ם

en liet het stof

בֵּֽית־

-

אֵֽל

daarvan naar Beth-El


En de koning gebood den hogepriester Hilkia, en den priesteren der tweede ordening, en den dorpelbewaarders, dat zij uit den tempel des HEEREN alle gereedschap, dat voor Baal, en voor het [beeld van het] bos, en voor al het heir des hemels gemaakt was, uitbrengen zouden; en hij verbrandde dat buiten Jeruzalem in de velden van Kidron, en liet het stof daarvan naar Beth-el dragen.


Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!